Vrouw uit Assen probeerde moord op vriend volgens OM zelfdoding te

Vrouw uit Assen probeerde moord op vriend volgens OM zelfdoding te laten lijken De rechtbank van Assen hield dinsdag de eerste inleidende zitting van de strafzaak tegen Esmée D., de 26-jarige vrouw uit Assen die wordt verdacht van de moord op haar partner Ruben. De officier van justitie verdenkt D. van het toedienen van een overdosis drugs aan Ruben, waarna ze een afscheidsbrief schreef om het te laten lijken alsof hij zelfmoord had gepleegd. Esmée D. was niet aanwezig bij de eerste inleidende zitting van haar strafzaak. Volgens haar advocaat ontkent ze de aanklacht van moord. De 34-jarige Ruben werd op 20 januari dood gevonden in zijn woning aan het Zuidenveld in Assen. Door de afscheidsbrief leek het aanvankelijk op zelfdoding, maar de politie hield argwaan en bleef het onderzoek doen naar de omstandigheden. De politie ontdekte dat Ruben mogelijk al vijf dagen voor zijn vondst overleden is. D. zou hem hebben vergiftigd met een combinatie van MDMA (de werkzame stof in xtc) en de designerbenzodiazepine flubromazepam. Volgens de aanklager probeerde D. iedereen op het verkeerde been te zetten met een suïcidescenario. De politie ontdekte ook dat D. de telefoon van Ruben zelf had gevonden. Hierop stond een afscheidsbrief die volgens D. was geschreven op 15 januari. Ze beweerde dat ze Ruben die dag voor het laatst in leven had gezien en dat ze zijn lichaam vijf dagen later had gevonden. Het viel de politie op dat er helemaal geen recente WhatsApp-berichten op de telefoon van Ruben stonden. Volgens D. stuurde hij nauwelijks berichten, maar uit politieonderzoek bleek het tegendeel. De verdachte heeft volgens het OM 2.974 berichten van de afgelopen zes maanden van de telefoon van het slachtoffer verwijderd. Uit onderzoek naar de telefoon van D. kwam ook een link naar een drugsdealer en een tussenpersoon in Enschede naar voren. Beide mannen gaven toe dat zij drugs aan D. hadden verkocht. Zij zou hiervoor 90 euro hebben gepind en op 15 januari naar Enschede zijn gereisd. Ook deze beschuldiging ontkent zij. De zaak gaat 8 januari verder. Rechterlijke Procedure De rechtbank van Assen hield dinsdag de eerste inleidende zitting van de strafzaak tegen Esmée D.. In de rechtszaal bleek dat de officier van justitie de verdachte van moord wilde aanklagen. Esmée D. was niet aanwezig bij de eerste inleidende zitting van haar strafzaak. Volgens haar advocaat ontkent ze de aanklacht van moord. De verdachte had aangegeven dat zij niet in staat was om naar de rechtszaal te komen. Volgens de aanklager is er voldoende bewijs om Esmée D. van moord te weren. De rechtbank zal op 8 januari verdergaan met de zaak. Bewijzen De politie ontdekte dat Ruben mogelijk al vijf dagen voor zijn vondst overleden is. D. zou hem hebben vergiftigd met een combinatie van MDMA (de werkzame stof in xtc) en de designerbenzodiazepine flubromazepam. Volgens de aanklager probeerde D. iedereen op het verkeerde been te zetten met een suïcidescenario. De politie ontdekte ook dat D. de telefoon van Ruben zelf had gevonden. Hierop stond een afscheidsbrief die volgens D. was geschreven op 15 januari. Ze beweerde dat ze Ruben die dag voor het laatst in leven had gezien en dat ze zijn lichaam vijf dagen later had gevonden. Inleiding Op 20 januari vond de politie het lichaam van Ruben in zijn woning aan het Zuidenveld in Assen. Aanvankelijk leek het op zelfdoding, maar de politie hield argwaan en bleef het onderzoek doen naar de omstandigheden. De politie ontdekte dat Ruben mogelijk al vijf dagen voor zijn vondst overleden is. D. zou hem hebben vergiftigd met een combinatie van MDMA (de werkzame stof in xtc) en de designerbenzodiazepine flubromazepam. Volgens de aanklager probeerde D. iedereen op het verkeerde been te zetten met een suïcidescenario. Telefoongeschiedenis Het viel de politie op dat er helemaal geen recente WhatsApp-berichten op de telefoon van Ruben stonden. Volgens D. stuurde hij nauwelijks berichten, maar uit politieonderzoek bleek het tegendeel. De verdachte heeft volgens het OM 2.974 berichten van de afgelopen zes maanden van de telefoon van het slachtoffer verwijderd. Uit onderzoek naar de telefoon van D. kwam ook een link naar een drugsdealer en een tussenpersoon in Enschede naar voren. Beide mannen gaven toe dat zij drugs aan D. hadden verkocht. Zij zou hiervoor 90 euro hebben gepind en op 15 januari naar Enschede zijn gereisd. Ook deze beschuldiging ontkent zij. Toekomstige Zitting De zaak gaat 8 januari verder. De rechtbank zal verdergaan met de zaak en zal beslissen of Esmée D. schuldig is aan moord.